-
1 het gehuil van de wind
het gehuil van de windVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > het gehuil van de wind
-
2 het gehuil van de wind
het gehuil van de wind -
3 gehuil
♦voorbeelden: -
4 gehuil
♦voorbeelden: -
5 gémissement
gémissement [zĵeemiesmã]〈m.〉♦voorbeelden:gémissement du vent • gehuil van de windles gémissements du violon • het gejank van de vioolpousser des gémissements • weeklagenmgezucht, gekerm -
6 gémissement du vent
gémissement du vent -
7 wail
n. weeklacht, jammerklacht, gehuil, gejoel; schel geluid; uitrdrukking van bezwaar of gramschap--------v. klagen, jammeren; loeien, een schel geluid makenwail1[ weel] 〈 zelfstandig naamwoord〉————————wail2〈 werkwoord〉 -
8 howl
n. gedicht van Allen Ginsberg (gepubliceerd in 1956)howl1[ haul] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 gehuil ⇒ brul, gil♦voorbeelden:1 howls of derision • spot/hoongelach————————howl21 huilen ⇒ jammeren, krijsen♦voorbeelden:1 the wind howled • de wind gierde/loeidehowl with laughter • gieren van het lachenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 huilend/jammerend/gierend uiting geven aan♦voorbeelden:1 the speaker was howled down • de spreker werd weggehoond/overschreeuwd
Перевод: со всех языков на все языки
со всех языков на все языки- Со всех языков на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Французский